Home |
Preken |
![]() Jan C. Bos E jancbos@kpnmail.nl |
|||
|
|||||
Zondag 30 maart 2025 Voor een schaap zet hij alles opzij Lucas 15 1-3 11-32 Kerkcentrum Holy Vlaardingen Voor een schaap zet hij alles opzij. Zijn hele leven al heeft hij zich ingezet op het bedrijf van zijn vader. Zorgvuldig gaat hij om met het bezit van zijn vader. Duurzaam bewerkt hij het land. Hij vervuilt niet. Hij verspilt niet. Hij put de grond niet uit. Als een zorgvuldig rentmeester koestert hij het land en bekommert hij zich om de beesten. Hij wel. Voor een schaap zet hij alles opzij. Hij houdt van zijn dieren. En ze zijn van grote waarde. Dat ook. Dat schaap geeft wol wat hij kan verkopen en vlees dat hij kan eten. Dat schaap is een kostbaar bezit. Dat wil hij niet kwijt. (fragment foto vrouw) En zij heeft het huis met bezemen gekeerd om een verloren penning. Ze raakte in paniek toen ze hem kwijt was. Ze lijkt op mij. Ik herinner me nog goed dat ik mijn telefoon kwijt was tijdens een wandeling. Paniek. Waar is dat ding. Wanneer had ik hem nog. Volgens mij had ik hem nog toen we een boterham aten op een bankje. Teruglopen en zoeken, zoeken. Hannie, bel mijn nummer! Zoeken, zoeken en vinden. God zij dank. Wat een opluchting. Wat was ik bang. Wat ben ik blij. Hannie, we gaan een taartje eten. ( naar hele schilderij) Om die blijdschap gaat het in het kostbare verhaal van de verloren zoon. Maar hij daar is het niet. Ja, toen hij dat verloren schaap terugvond was hij echt blij. Maar nu die zoon van zijn vader terug is, is hij het niet. Die heeft in zijn ogen verzaakt. De boel de boel gelaten. Het kostbare goed van zijn vader verkwanseld. Zo denkt hij er over. En wij ook maar al te vaak. We kunnen de boosheid van de oudste zoon best meevoelen. Het is tergend onrechtvaardig dat nietsnutten zomaar bevoordeeld worden. Dat wordt in onze ogen voorgetrokken. Dat profiteert in onze ogen alleen maar in plaats van hard te werken. En als er iets is waar wij een hekel aan hebben, dan zijn het profiteurs. De eerste hoorders van Jezus ontroerende verhaal vonden dat ook al. De eersten die door Jezus worden aangesproken met zijn verhaal over het verloren kind zijn niet die verloren kinderen die zijn woorden van genade en waarheid in drinken. Nee, de eerste hoorders zijn de Farizeeën en Schriftgeleerden die morrend tegen elkaar zeggen: “Die man ontvangt zondaars en eet met hen”. Die eerste hoorders worden vergeleken met de oudste zoon woedend weigert zijn broer te ontmoeten. En dat om te beginnen moeten wij ons vandaag aantrekken. Wat tegen die oudste zoon wordt gezegd, wordt tegen ons hier in de kerk gezegd. Waar komt die woede vandaan? Het is heilige verontwaardiging. Het is heilige verontwaardiging over alles wat er zo ontzettend mis gaat in onze wereld. Gods goede schepping wordt niet gekoesterd en behoed maar in de steek gelaten. Dat spuit en spilt er op los. Gods kostbare regels om het recht lief te hebben en de waarheid hoog te houden worden met voeten getreden. Het is heilige verontwaardiging gemengd met diepe bezorgdheid. Komt het wel goed met het huis van mijn vader waar ik me zo om bekommer. Komt het wel goed met ons bestaan als zoveel mensen het zo ontzettend laten afweten, om te beginnen hij daar Waar komt die woede vandaan? Het Griekse Bijbelwoord dat gebruikt wordt om de stemming van de oudste zoon te omschrijven, geeft een hint. Het is woede op grond van een oordeel. De oudste zoon matigt zich een oordeel aan dat alleen de vader toekomt. Wat lijkt hij toch op ons. Snel oordelen op wat onze ogen denken te zien. Grensoverschrijdend, plichtverzaker, profiteur. Hoe anders is het oordeel van de vader dan dat van ons. Op het schilderij zie je ze allebei kijken naar dat verloren kind maar ze kijken heel verschillend De oudste zoon ziet: Die zoon van u heeft uw vermogen verkwanseld aan de hoeren De vader ziet: Jouw broer was verloren en is gevonden. Zo kijken ze niet alleen op het moment van de terugkeer, zo keken ze altijd al. Jezus kijkt naar tollenaars en zondaars met de ogen van zijn vader. Zorgvuldig kiest hij zijn woorden als hij de situatie van de twee zonen beschrijft. Beiden zijn kinderen van zijn vader. Beiden begiftigt Hij evenveel met zijn gaven, zijn goed, zijn Geest en zijn leven. Maar met een van de twee gaat het mis, zoals het ook met jou en mij mis kan gaan. In het Grieks staat er letterlijk van de jongste zoon Bijeenbrengend alles reist hij naar een ver land waar hij het goed van zijn vader verstrooide, levende reddeloos. Dat is natuurlijk geen goed Nederlands. Onze vertalingen proberen er het beste van te maken. Hij verzilverde zijn bezit en verkwistte het losbandig. Het kan best dat dit er ook in zit maar tegelijk zegt Jezus meer dan dat en zien zijn ogen liefdevoller dan onze ogen. Die jongen is ver van zijn vader geraakt. Hij is de weg kwijt. Hij is vervreemd van zijn oorsprong, losgeslagen van zijn anker. Hij is reddeloos. Hij heeft geen redder, geen zaligmaker. Nog niet Slaat dat wellicht ook op jou? Het kan. Het kan dat je dit ontdekt als je jezelf onderzoekt. Ik ben het vertrouwen in mijn bron, mijn grond, mijn God gaandeweg kwijtgeraakt. Diep in mij leeft somberheid en wanhoop. Ik honger naar God als die jongen bij de varkens. Slaat het op jouw kind dat zozeer eigen wegen gaat? Dat kan. Er is veel geestelijke honger nu alle vertrouwde verbanden wegvallen. Alles kiezen, alles kopen, alles kan. Maar wie ben ik nu echt en wat is de zin van mijn leven. Jezus kijkt met de ogen van zijn vader in de hemel. En die ogen zijn niet oordelend maar liefdevol. Geen wonder dat alle tollenaars en zondaars naar Hem luisteren en horen dat ze kunnen opstaan en naar de Vader gaan. Ook voor hen wordt het Pasen. Jezus kijkt met de ogen van zijn Vader. Wat ziet de Vader? Hij ziet in dat verre land zijn verloren kind. Hij ziet niet, zoals de oudste zoon, een losgeslagen hoerenloper. Hij ziet een verloren kind. Dat zien is als het zoeken van de herder. Zoeken, zoeken tot je vindt. Ik ben een kind verloren. Ik wil het terug. En zodra dat kind beseft dat het een verloren kind is, wil het terug naar zijn vader. Let op. Ik ben verloren betekent niet: Er is geen hoop. Het betekent: De Vader is mij kwijt maar houdt zielsveel van mij en wil me terug. Je kunt opstaan en naar je Vader gaan. Het kan. De liefdevolle ogen van de vader zijn ook gericht op ons, op jou en mij die zo op die oudste kunnen lijken. Kind, zegt hij tegen jou en mij. Dat zegt hij allereerst. Het is een tedere, liefdevolle aanspraak. Kind, zegt Hij. Je denkt nu wel dat je een slaaf bent, een werkezel van wie het allemaal moet komen. Je denkt nu wel dat het allemaal verkeerd gaat en jij niet geliefd bent. Maar je bent het wel. Jij bent mijn kind. Al het mijne is van jou. En dat is zo troostend om te horen en te beseffen in de angstige en verwarrende tijden die we vandaag beleven. Je bent een kind van de Vader. Zijn liefde draagt jou. Zijn Woord gidst jou. Je bent zijn weg niet kwijt maar mag die weg blijmoedig gaan. Je bent een kind van God en je hebt een broer, een zusje. Dat is al zo vanaf de dagen van Adam. Als je om je heenkijkt zie je zoveel mensen met wie het mis gaat of dreigt mis te gaan. Ze zijn je broer, ze zijn je zusje. Veroordeel ze niet. Bekommer je om te beginnen. En wees blij als ook hen deel van leven wordt gegund. Al het mijne is van jou. Doe er royaal het goede mee voor je broer, voor je zus en voor jezelf. Al het Mijne is van jou en al het jouwe is van Mij. Ik draag het met me mee. Ik koester het in mijn hart. Ook dat is een Woord voor vandaag nu zoveel wankelt, zoveel mensen lijden en sterven, zoveel misgaat. Bekommer je maar wordt niet stuurs, niet kwaad. Bekommer je om je zus en broer en om je eigen bestaan maar wordt niet somber. De zon van de Vader gaat ook vandaag over ons op en Zijn liefde draagt ons in de veertig dagen van beproeving en heel ons leven. |
|||||