Home


Preken


Jan BosContact:
Jan C. Bos
Wagnerkade 59,
2102 CT Heemstede
T  023 5332455
E jancbos@antenna.nl




Zondag 17 november 2024 De afbraak van ons christendom
Marcus 12,38-42  Verbondskerk Vijfhuizen

Die grote gebouwen (-)  Het zal allemaal afgebroken worden. 
Jezus schetst een somber beeld van afbraak  in de nabije toekomst.  Is hij soms net zo pessimistisch als ik in mijn bezorgde momenten en bange dagen.   De leugen regeert in sociale media en in de politiek. Democratische waarden staan onder druk. De rechtsstaat is zijn bestaan niet zeker. De grootmachten zijn meer dan bereid hun belangen met geweld te verdedigen.
Dat sombere beeld slaat allereerst op de verwoesting van de stad Jeruzalem en de tempel in het jaar zeventig. De schrijver van het Evangelie heeft dat wellicht meegemaakt. De stad valt. De samenleving stort in. De vluchtelingen stromen her en der. Het einde van een tijdperk. En dat is vaker zo geweest in de geschiedenis. Beleven wij dat nu opnieuw?
Geen steen op de ander. We zien het in de verwoeste gebouwen in Gaza en in Oekraïne.  Dat valt in puin in het woeste geweld van de oorlog die mensen met mensen voeren.  We zagen het in Valencia waar huizen mensen werden verzwolgen in de woedende modderstroom van een verhit klimaat.
Geen steen blijft op de ander: We zien het ook in de kerk die in onze individualistische en super verwende tijd krimpt en amper overeind blijft
De ene kerk na de ander wordt aan de eredienst onttrokken, tot wooncentrum en supermarkt verbouwd, of gesloopt. De kerk wordt kleiner. De macht taant en de invloed verbleekt. En eerlijk gezegd ben ik ook daar wel eens verdrietig en onrustig onder. Die verloederende gebouwen en vallende stenen knagen aan mijn ziel. 
Ondergaan wij nu hetzelfde lot als ooit de indrukwekkende tempel in de dagen van Jezus?
En hoe zit het eigenlijk met die arme weduwe die haar laatste cent in de kofferkist van de tempel heeft gedaan? Zal haar hart niet bloeden als de stad valt en de tempel wordt verwoest, als al die grote gebouwen worden afgebroken.

Het evangelie vertelt hoe Jezus bij de schatkist in de tempel gaat zitten en met aandacht ziet.  Dat woord op zich al doet bij ons een lampje branden. Jezus kijkt niet zomaar. Blik op oneindig en gedachten allang weer ergens anders. Nee, hij kijkt met heel zijn wezen. Hij kijkt met hart en ziel. Hij ziet de tranen van de mensen. Hij ziet de nood van de schare. Hij ziet wat mensenkinderen in hun hart raakt. Hij ziet de binnenkant. 
Jezus kijkt met aandacht. Wat ziet hij. Hij ziet hoe, let op: niet hoeveel maar hoe,  de schare geld werpt in de offerkist. Vele rijken gooien en veel in. Eén arme weduwe gooit er een cent in.
Hier komt een schrijnende tegenstelling aan het licht.  Hier wordt meteen duidelijk waarom er geen steen op de ander blijven zal.  Dat gebouw is voor de rijken een trots project en de arme weduwe wordt zelfs haar laatste cent nog afgetroggeld. De schriftgeleerden eten de huizen van de weduwe op. Het gaat niet meer om God, niet om het gebed, de toewijding en de naastenliefde, nee, het gaat om het gebouw, de mooie gewaden, de pluche zetels, de gouden gloed.

Hoe is dat nu bij ons? Zeker, de kathedralen staan nog trots overeind. Kijk maar naar onze eigen Bavo in Haarlem die wij koesteren en behoeden als een kostbare schat, broedplaats van schoonheid en liturgie en tegelijk ook huis voor een kleine geloofsgemeenschap die dapper en vaak tegen de stroom in de schriften leest en het diaconaat beoefent, net als hier in Vijfhuizen. Nog wel, nog altijd wel.
Tegelijk vormen juist ook die prachtige historische kathedralen de trots van de stad en het land.
Toen er ooit brand was in de Notre Dame stond heel Parijs op zijn kop want die kerk, zei de president, is de ziel van Frankrijk. Die wordt voor vele miljoenen gerestaureerd. De Dom van Utrecht ook. Miljoenen zijn er gespendeerd aan de trotse toren. De Bavo is ook met veel overheidsgeld gerestaureerd.
 Vele rijken stoppen heel veel geld in die gebouwen. Jij en ik doen daar op onze manier ook aan mee.  En de weduwe van het evangelie ook, trouwens

Die gebouwen staan voor de gelovige traditie en rijke historie van stad en land, zoals ooit ook de tempel in Jeruzalem. Het is een kostbare schat. Jij en ik koesteren die en laven ons er aan.  De musea hangen vol met christelijke kunst. De muziek van Bach is balsem voor onze ziel. 
Maar er is een andere schurende kant. 
In het Evangelie wordt die schurende kant belichaamd in de arme weduwe met haar aandoenlijke penningske.  Ze wordt opgegeten door de hoog gezetenen in het tempelcomplex.
Heel veel politici gaan nooit meer naar de kerk maar staan wel pal voor wat zij noemen de “joodschristelijke traditie” Die moet gekoesterd en behoed worden want staat voor het oereigen christelijke Nederland, het oereigen christelijk Europa.  Dat moet bewaard, koste wat kost. Dat moet beschermd tegen vreemd van buiten.  En de weduwe, de arme weduwe die haar laatste cent nog gaf in de offerkist wordt opgegeten door deze oereigen glorie.  De vreemdeling die in de Bijbel in een adem wordt genoemd met weduwe en wees, is zijn bestaan niet zeker.
Zal dat standhouden in Gods toekomst?

Behalve dat Jezus met aandacht ziet zegt hij ook iets met nadruk:
Voorwaar ik zeg u: Deze weduwe heeft meer dan allen gegeven. Zij heeft alles gegeven wat ze heeft, haar hele leven. Dat is een bijzondere zin die wij goed moeten verstaan. Ik denk aan de koopman die alles gaf wat hij had voor de parel van grote waarde. Hij leeft voor het rijk van God. Hij zoekt en zoekt de band met God, de liefde, de vrede en de gerechtigheid. Zo is het ook hier. De weduwe geeft een cent. Het lijkt niets. Maar Jezus ziet de binnenkant. Hij ziet hoe deze vrouw leeft voor God . Zij geeft Gode wat Gods is: haar leven. Zij heeft lief zonder reserve.
Dit evangelie is geen oproep om alles te geven voor de kerk. Dit evangelie is een spiegel. Kijk niet naar de buitenkant en zoek het niet in pracht en praal, solide beleg en gunstig rendement. Zoek het niet in de glorie van een vaderlandse historie.  Dat is onvruchtbaar en gaat teloor.
Kijk naar de binnenkant. In het Evangelie gaat het om het rijk Gods waar gerechtigheid woont en liefde heerst. Kerk is alleen echt kerk als ze in dienst staat van het Rijk Gods, de warme liefde, de lieve vrede en het dure recht. Zoek dat Rijk, zoek het, net als de weduwe,  met heel je hart.

De Heer ziet met aandacht. Hij ziet ons hart. Hij ziet het verdriet om de teloorgang van het kerkelijk bedrijf. Hij ziet onze heimelijke hang naar glorie en ons aangevochten vertrouwen. Hij ziet het en draagt het in zijn hart.
 De Heer ziet met aandacht. Daarom ziet hij meer dan pracht en praal. En hij ziet ook meer dan verval alleen. Hij ziet het schijnbaar onbeduidende teken van liefde. Hij ziet het kleine gebaar en het schamele pogen.  Hij ziet de mensen die puur vanuit hun hart doen wat goed is.  Ach, wij denken soms dat het niets voorstelt. Wij denken soms dat een arme en geringe daad geen waarde heeft.  Of we denken dat een kerk zonder aanzien en eer geen toekomst heeft. Maar hoor wat Jezus zegt: Het is meer dan alle rijkdom die uiteindelijk verloren gaat. De weduwe die zonder zich te bekommeren om uiterlijk vertoon toewijdt aan God en aan de naaste zal duren.
Dat zal duren en vrucht dragen tot God alles en allen voltooit.